In dit blog lees je:
- Hoeveel omwentelingen je moet draaien.
- Je de slijtage van je fietsketting en cassette opmeet.
- Hoe je onnodige slijtage voorkomt.
Het wegdek, een helling en het weer. Allemaal hebben ze invloed op de versnelling die je rijdt. Maar iedere weg vraagt om een andere versnelling om er zo soepel mogelijk overheen te rijden. Naast dat je soepel over de weg wilt rijden wil je natuurlijk zorgvuldig met je energie omgaan en blessures voorkomen. Dus na het lezen van deze blog heb jij een beter antwoord op de vraag “Wat is de ideale versnelling om in te fietsen?”.
Omdat het kiezen van de juiste versnelling grote gevolgen kan hebben voor je lichaam is het aan te raden om gebruik te maken van een fietscomputer die voorzien is van een cadansmeter. Een cadansmeter telt de aantal omwentelingen die gemaakt worden per minuut, ook wel RPM genoemd.
Een lichte of zware versnelling?
Iedereen kent de beelden wel van profs die met een licht verzet de berg oprijden. Daarom imiteren vele fietsers zijn stijl bij het klimmen en kiezen zij vaan een (te) licht verzet. Door het kiezen van een te licht verzet maken zij geen meters en klimmen zij dus veel slomer naar de top.
Maar waarom rijden de profs dan wel zo licht? Het antwoord op deze vraag is simpel. Doordat profwielrenners regelmatig een sporttest afleggen weten de trainers precies wat voor wattages de renner kan trappen. Het belangrijkste instrument voor een profwielrenner is daarom ook zijn wattagemeter. De wattagemeter in combinatie met een hartslag- en cadansmeter zorgt ervoor dat de prof een optimale versnelling en cadans kiest.
Aanschaffen voorbladen en cassette
Als recreant of wedstrijdrenner heb je vaak genoeg aan een 52 kettingblad en een cassette voor de racefiets met een 11. Profs daarin tegen hoor je vaak zeggen dat zij rijden met een 53 kettingblad en een 11 achter. Maar dit komt doordat zij nog net even wat harder sprinten en daarom de 53 soepel kunnen ronddraaien.
Als binnenblad kies je het beste voor een kettingblad met 39 tandjes. En als lichtste versnelling achter voor een 30. Zo ben je verzekerd dat je op alle terreinen uit de voeten kan. Van hoge alpen cols tot een massasprint niets is te gek.
Slijtage voorkomen onnodige slijtage
Voorkom slijtage en houdt de ketting in een rechte lijn. Dit doe je door niet op het buitenblad en achter op zijn lichtst te zetten. Maar door achter zo’n 3 versnellingen zwaarder te gaan en voor te schakelen naar het binnenblad. Hierdoor loopt de fietsketting een stuk soepeler en zal deze veel minder snel verslijten. Wel is het aan te raden om met het juiste gereedschap geregeld de slijtage van de fietsketting op te meten. Naast de fietsketting en cassette zijn er nog vele andere manieren waarop je slijtage aan de fiets kan voorkomen.
Wat is de ideale cadans tijdens het fietsen?
De ideale cadans is bij ieder terrein anders. Daarom hebben wij voor jou een globaal beeld gemaakt van de meest ideale cadans per terrein. Bij tegenwind is het overigens aan te raden om 5 slagen lichter te gaan trappen. Hierdoor zal je je tempo langer volhouden.
Sprints = rond de 110 RPM
Polderweg = rond de 100 RPM
Kasseien = rond de 90 RPM
Klimmen = rond de 85 RPM
Door jezelf aan de juiste cadans te houden overleef jij al jouw wielertoertochten, zoals bijvoorbeeld de loodzware Amstel Gold Race. Wij hopen dat je nu weet wat de ideale versnelling is om in te fietsen.